Ontstaan van Cricket in Haarlem
In het jaar 1880 werd in Haarlem op aansporing van de heer Wilson, employe ten kantore van der Imperial Gaz Cy., een Engelschman, een vereniging opgericht "Progress" genaamd, bestaande uit hoofdzakelijk jongelui der 4e en 5e klasse van het Gymnasium en der H.b. school. tot de oprichters behoorden H.Lopuyt, Koorders, Hoog, Wijdenes Spaans, Ant. Schiff, Jhr. v. Merlen, de Roo, Baron van Welderen, Renders, Jacobs, Westerveld, Kaars Sijpesteijn, v.d. Willigen, later Rochell, Hoog Jr., R.Schiff, Halwijn, Jhr.R.Six, H.de Gijselaar, J.Posthuma, P.Posthuma, Jhr. H.Deutz v.Lennep en W.Mulier.
Oorsponkelijk speelde Progress in de duinen op een plateau achter "het Kolkje" gelegen, doch aangezien de Engelschen voorlichter dien diuen zandgrond niet volmaakt achtte, werd uitgeweken naar een grasveld achter in den Hout, doch nadat een toekijkenbde boerin daar door een bal werd verwond werd wederom uitgekeken naar een andere locatie. De heer Jhr. J.B. van Merlen had de beleefdheid om een gedeelte van zijn buitenplaats voor Progress beschikbaar te stellen. Het was een prachtige tijd , we hadden tweemaal per week een afgehuurd rijtuig van de tram en speelden met veel animo, doch men speelde geen wedstrijden, wel gemengde spelen met de leden van Rood en Zwart. "Rood en Zwart" was een gevaarlijke combinatie van jongens uit de 2e en 3e klasse Gymnasium en werd opgericht met behulp van D.E. van Lennep, Jhr. J.W. Schreuder en J.Posthuma. Rood en Zwart speelde aanvankelijk ook in de duinen, maar verhuisden later naar de Koekamp in den Hout.
Veel van de oudere spelers van Rood en Zwart liepen verraderlijk over naar Progress en zoo verzwakte Rood en Zwart langzamerhand. Rood en Zwart was op hun manier een exclusieve vereniging, met merkwaardige reglementen, zo mocht G. Kruseman "niet mee spelen". Genoemde geest van uitsluiting kwam Rood en Zwart duur te staan want Gideon Kruseman was een actief man en richtte een nieuwe Club op, met jongens van de 3e klasse der H.B.S., te weten F.L.Heil, J.G.Heil, H.J.Tasman, F.P. du Rieu, T.A. van Willigen, W.F. Druyvesteyn en G. Andre de la Porte. Dit schijnbaar onbelangrijke feit beteekent niet minder dan de oprichting van "Rood en Wit".
Rood en Zwart en Rood en Wit reden elkander en Progress in de wielen ik herinneren me hoe wij smaalden op J.Posthuma , omdat Progress hem om zijn turf-vermogen (talent als batsman) had weten te "lijmen".
In den Hout speelden verder nog heel wat "clubs" o.a. "de Turken" (om hunne roode petten aldus genoemd), "Eendracht" (zwarte petten met gele biezen), "Haarlem", "Blauw Wit", "Victoria" enz. enz. In het geheel waren er in Haarlem een dozijn clubs wier namen geen grote herinneringen oproepen.
Rood en Zwart speelde in 1881 een wedstrijd met Eendracht, dien het wist te winnen. Daarop speelde het op 1 oktober (een andere bron vermeld 19 oktober) een gecombineerde wedstrijd met Rood en Wit tegen Progress. Kort na de oprichting van Rood en wit waren W.N. du Rieu, A. Beets, J.W. Schiff, W. Schiff, C.M. Pleyte Fz. J.W. Rochell, G.Schiff, H.Couvee, en R. van Ginkel lid gewordne en geraakte de Club onder den weldadigen invloed van ijverige mannen als F. du Rieu en vooral Cees Pleyte, weldra tot bloei en hadden de clubs Rood en Zwart en Rood en wit gecombineerd en vertegenwoordigd door 26 leden, de satisfactie de club Progress vertegenwoordigd door 13 leden te slaan met 50 tegen 39 punten. De returnwedstrijd werd op 26 october 1881 gehouden, eveneens op het veld achter de Spanjaardslaan.
Rood en Zwart raakte wederom een aantal van haar leden kwijt en geraakte in verval en had einde 1881 opgehouden te bestaan daar de leden deels in Progress deels in Rood en Wit waren overgegaan. In het ontwerp reglement van Rood en Wit werden o.a. de volgende bepalingen opgenomen:
Art. V : er mogen niet meer dan 16 leden zijn
Art. X : behalve in de vakantie werd er op zondag niet gespeeld
Art. XIII: Als de bal naar het oosten wordt geslagen, d.i. den kant waar den duinen afhellen en de bal verder ligt dan men hem heeft zien vallen en deze afstand is groter dan 50 meter dan zal men niet meer dan 14 maal mogen loopen.
Rood en Wit speelde op 30 november, toen al een flinke vereeniging, haar derde wedstrijd tegen de vereniging Eendracht. Echter ditmaal uitsluitend met leden van Rood en Wit. Rood en Wit groeide alras uit tot een van de belangrijkste verenigingen in Nederland.
Bron: "Cricket" door W. Mulier
Later schrijft W.Mulier in het 50 jarig jubileum boek van de (toen nog) N.C.B. het volgende :
Weet ge hoe Rood en Wit is ontstaan ?
"Dan moet men eerst weten wat jongensmentaliteit is. Daar waren twee broers Kruseman, Jan en Gideon. Gideon "mochten wij niet". Waarom ? Wel ... misschien omdat het een charmante, nauwgezette, fijngevoelige, zeer ernstige vlijtig oppassende jongen was, een hoogstaand mensch later. En wij waren apekoppen .... hielden er anti-en sympatieen op na. Daarom stichtte Gideon die lak aan ons had een eigen club op, Rood en Wit. En dat Rood en Wit werkte onze club Rood en Zwart naar de haaien. Zoo is Rood en Wit ontstaan".